
Een roze, fris ontloken
1
Een roze, fris ontloken,
Uit tere wortel kwam.
Want d’oudheid had gesproken:
”Zij bloeit uit Jesse’s stam”.
Die heeft een bloem gebracht.
Al in de koude winter,
Te midden van de nacht.
2
Die bloem van wond’re luister,
Waarvan Jesaja sprak,
Bloeid’ op, toen door het duister
Het licht der wereld brak.
Toen is in stille nacht
Maria’s Kind geboren,
Dat ons Gods heilwoord bracht.
3
Die bloem, zo klein en teder,
Met hare geur zo zoet,
Brengt ons de zonne weder,
Die 't duister wijken moet.
O Jezus, mens en God,
bij U is wel geborgen
Ons aards en eeuwig lot.
Michaël Praetorius (1571-1621)
Het derde couplet is later toegevoegd
bekijk de bladmuziek
Klik op de titels van de liederen
Kling, klokje, klingelingeling
Maria die zoude naar Bethlehem gaan
, pentatonisch , pentatonisch , Frans , Duits , DuitsNu is geboren dat kindje zo teer (2)
, pentatonisch , FransWiegen willen wij 't Jezuskind
, pentatonischEr is een Kindeke geboren op aard
, pentatonisch , pentatonischEng'len door het luchtruim zwevend
, FransDe herdertjes lagen bij nachte
, Frans , pentatonischNu is geboren dat Kindje zo teer (1)
, pentatonisch , pentatonisch , pentatonischSchlafe nur, himmlisches Kindelein
, pentatonischdownload de bladmuziek van al deze liederen